Sinds anderhalf jaar maakt D66 onderdeel uit van het Alkmaarse college. Als voornaamste resultaat van de onderhandelingen over toetreding zag de partij toen zelf: “Provadja blijft onafhankelijk en ongedeeld en als we daardoor geen gok- en vertierhal op Overstad krijgen is dat niet ons probleem… Het onderbrengen van het cultuur- en filmhuis Provadja in een bijzaaltje van de mega bioscoop annex automatenhal van JT (Jochem Theaters) op Overstad zou een doodssteek zijn voor dit belangrijk onderdeel van het alkmaarse culturele binnenstadsleven. Dit hebben we dus voorkomen.” In werkelijkheid is nu het tegenovergestelde gebeurd: Provadja gaat zichzelf opheffen, omdat zij niet bij de nieuwe megabioscoop ondergebracht wenst te worden. Hoe heeft het zover kunnen komen?
Het nieuwe college heeft Provadja eerst gevraagd waaraan een goede nieuwe plek zou moeten voldoen. Duidelijk was dat het college voor de toetreding van D66 een voorkeur had voor de plek bij JT en Provadja voor het alternatief in De Harmonie. Vervolgens heeft bureau LAgroupe beide opties uitgewerkt. De Harmonie bleek meer perspectief te bieden, maar zonder inzet van beschikbare fondsen duurder dan JT. Met inzet van de beschikbare fondsen was het niet duurder. Beide plekken kosten dan ongeveer € 300.000 per jaar. Het college, nu met D66, sprak zijn voorkeur uit voor JT, om zo de ontwikkeling van stadsdeel Overstad een nieuwe impuls te geven. Maar: het benodigde bedrag gaf ze er niet bij. Provadja moest het daar met € 100.000 gaan klaren. Het was de vraag of Provadja met een reëel bedrag te porren was geweest voor de plek op Overstad, maar nu werd deze keus feitelijk geblokkeerd door het gebrek aan financiën. Dat toont de politieke onwil om een Provadja een levensvatbaar voortbestaan te geven. Als het college werkelijk voor alle partijen een goede oplossing had willen bereiken, zou ze haar voorkeursvariant niet van tevoren al hebben uitgekleed.
Ik heb een probleem. Ik probeer als raadslid mijn idealisme in te zetten om realistische resultaten te behalen. Ik probeer mij in te leven in de visie en belangen van de verschillende partijen. Van daaruit analyseer ik de opgaven waar het gemeentebestuur zich voor gesteld ziet. Vervolgens is mijn inzet om in een eerlijk debat samen met andere partijen tot een goede oplossing voor de stad Alkmaar te komen. In de gang van zaken rond Provadja is dit een illusie gebleken. Er waren twee opties om Provadja te redden. D66 vond de eerste te duur. Maar dan had ze de tweede wel het vereiste budget moeten meegeven. Nu blijven de stad en D66 met lege handen over. De enige winst voor D66 is dat ze nu in het college mogen blijven zitten. Misschien goed voor D66 of juist niet, dat zal moeten blijken. Maar de stad schiet daar niets mee op. D66 heeft haar belangrijkste onderhandelingsresultaat prijs gegeven. Door een valse voorstelling over de kosten daarvan te ondersteunen. De schuld van het mislukken legt D66 niet bij zichzelf, maar bij Provadja. Want het is asociaal om zoveel geld te vragen. GroenLinks is binnen en buiten de raadszaal daarover het debat aangegaan. Maar heeft geen eerlijk antwoord gekregen. En Provadja heeft geen eerlijke kans gekregen om verder te kunnen.
Zie: http://d66alkmaar.nl/news/item/wat_doet_d66_in_coalitie_voor_alkmaar/
Feiko van der Veen 